Wanneer bij een oververhitte motor of bij brand in de motorruimte de motorkap wordt geopend, kunt u in contact komen met hete gassen of andere ontsnappende bedrijfsstoffen.
Bepaalde componenten in de motorruimte kunnen ook bij uitgeschakeld contact blijven werken of plotseling in werking treden, bijvoorbeeld de ventilator van de radiateur.
Voordat werkzaamheden in de motorruimte worden uitgevoerd het volgende in acht nemen:
Bepaalde onderdelen in de motorruimte kunnen zeer heet zijn, bijvoorbeeld de motor, de radiateur en onderdelen van het uitlaatsysteem.
Wanneer motorolie op hete onderdelen in de motorruimte terecht komt, kan het ontsteken.
Te veel motorolie kan de motor of de katalysator beschadigen.
Afhankelijk van het motortype kan de afsluitdop op verschillende plaatsen in de motorruimte aangebracht zijn.