Um die Webseite optimal gestalten und Ihnen an Ihre Interessen angepasste, nutzungsbasierte Informationen zukommen lassen zu können, verwendet Daimler Cookies. Mit der Nutzung der Webseite stimmen Sie der Verwendung von Cookies zu. > Weitere Informationen erhalten Sie in den Cookie-Hinweisen.

Aannemen
  • A-Klasse
  • Compacte limousine
  • 03/2020
app store google play
X

Printen
DRIFT MODE in- en uitschakelen
WAARSCHUWING Slipgevaar en gevaar voor ongevallen door doordraaiende wielen

Wanneer de DRIFT MODE wordt gebruikt, is het ESP® niet beschikbaar.

Er bestaat verhoogd slipgevaar en gevaar voor ongevallen!

DRIFT MODE niet tijdens het normale gebruik op straat gebruiken.
DRIFT MODE mag alleen op afgesloten circuits, buiten het publieke verkeer, worden geactiveerd en gebruikt.
Er mogen zich geen personen of voorwerpen in de omgeving van de auto bevinden; dit controleren.
Voorwaarden
  • Het ESP® is uitgeschakeld meer.

  • Het rijprogramma (RACE) is geselecteerd meer.

  • De portieren, de motorkap en de achterklep zijn gesloten.

  • De motor draait en de transmissie en de motor zijn op bedrijfstemperatuur.

  • De transmissie staat in de handmatige modus, – handmatig schakelen is geactiveerd meer.

DRIFT MODE inschakelen

Het gebruik van de DRIFT MODE vereist een buitengewoon gekwalificeerde en ervaren bestuurder.

Beslist de veiligheidsaanwijzingen en de informatie over het onderwerp ESP® lezen meer.

U kunt de DRIFT MODE tot een snelheid van 99 km/h inschakelen.

Gedurende een halve seconde aan de stuurwielschakelpaddles en trekken.

Wanneer aan alle inschakelvoorwaarden is voldaan, toont het multifunctioneel display de melding DRIFT MODE bevestigen: Paddle UP annuleren: Paddle DOWN en knippert het waarschuwingslampje .

Om te annuleren:
Aan de stuurwielschakelpaddle trekken.

Het multifunctioneel display toont de melding DRIFT MODE afgebroken en het waarschuwingslampje dooft.

Om te bevestigen:
Aan de stuurwielschakelpaddle trekken.

Het multifunctioneel display toont de melding DRIFT MODE actief en het waarschuwingslampje brandt.

DRIFT MODE uitschakelen
Gedurende een halve seconde aan de stuurwielschakelpaddles en trekken.

De melding DRIFT MODE actief verdwijnt en het waarschuwingslampje dooft.

In de volgende gevallen wordt de DRIFT MODE automatisch uitgeschakeld:
  • Het ESP® wordt ingeschakeld.

  • Het handmatig schakelen wordt gedeactiveerd – de transmissie staat in de stand .

  • Het rijprogramma (RACE) wordt uitgeschakeld.

  • De auto wordt geparkeerd.

Na het driften en alvorens verder te rijden de wielen en banden controleren op beschadigingen. Controleert u vooral de profieldiepte en het loopvlak over de gehele breedte van de banden meer.