Als het ESP® is uitgeschakeld, wordt de auto niet door het ESP® gestabiliseerd. Bovendien zijn verdere rijveiligheidssystemen uitgeschakeld.
ESP® ON
ESP® SPORT
ESP® OFF
Bij het wegrijden op een natte of gladde weg
Bij het remmen
Een of meerdere wielen worden doelgericht afgeremd.
Het motorvermogen wordt aangepast aan de situatie.
Iedere keer als de motor wordt gestart, is het ESP® ingeschakeld; onafhankelijk van of het ESP® vóór het afzetten van de motor in het ESP® SPORT stond of uitgeschakeld was.
Uw rijstijl aan de verkeers- en weersomstandigheden aanpassen.
Het ESP® in geen geval uitschakelen.
Het gaspedaal bij het wegrijden slechts zo ver indrukken als nodig is.
Als het ESP® SPORT wordt ingeschakeld, bestaat verhoogd slipgevaar en gevaar voor ongevallen!
Het ESP® SPORT selecteren als de bij de auto behorende over- en onderstuureigenschappen gewenst zijn, bijvoorbeeld op afgezette wegen.
Het rijden met ingeschakeld ESP® SPORT of met uitgeschakeld ESP® vereist een buitengewoon gekwalificeerde en ervaren bestuurder.
Als het ESP® SPORT ingeschakeld is en een of meerdere wielen doordraaien, knippert het waarschuwingslampje ESP® in het combi-instrument. Het ESP® stabiliseert de auto dan slechts beperkt.
Het ESP® verbetert de rijstabiliteit nog maar in beperkte mate.
De tractieregeling ETS/4ETS is nog steeds actief.
De motor wordt qua koppel slechts beperkt begrensd en de aandrijfwielen kunnen doordraaien.
Op een losse ondergrond zorgen de doordraaiende wielen door freeswerking voor een betere tractie.
U kunt bij krachtige bediening van het rempedaal nog steeds met ondersteuning van het ESP® remmen.
Als het ESP® wordt uitgeschakeld, zorgt het ESP® niet meer voor stabilisatie van de auto.
Als het ESP® uitgeschakeld is, worden het waarschuwingslampje ESP® OFF en de melding ESP OFF permanent weergegeven in het combi-instrument.
De rijstabiliteit wordt niet meer verbeterd.
De aangedreven wielen kunnen doordraaien.
De tractieregeling ETS/4ETS is nog steeds actief.
Ook als het ESP® is uitgeschakeld, wordt u bij krachtig remmen nog steeds ondersteund door het ESP®.
Bij gebruik van sneeuwkettingen
In diepe sneeuw
Op zand of grind
De doordraaiende wielen zorgen door freeswerking voor een betere tractie.
Het ESP® inschakelen zodra de hiervoor beschreven situaties niet meer van toepassing zijn. Anders wordt de auto niet door het ESP® gestabiliseerd als de auto in een slip raakt of er een wiel doordraait.
Als het waarschuwingslampje ESP® ondanks een ingeschakeld ESP® permanent brandt, is het ESP® vanwege een storing niet beschikbaar.
Waarschuwings- en controlelampjes meer
Displaymeldingen
De tractieregeling ETS/4ETS is een onderdeel van het ESP®.
Als de aangedreven wielen doordraaien, worden ze afzonderlijk afgeremd.
Er wordt meer aandrijfkoppel overgebracht naar het wiel of de wielen met grip.