De actuele besturingssysteem-versie van uw apparaat wordt gebruikt (zie de handleiding van de fabrikant).
Het apparaat ondersteunt de Android Auto-functie (draadloos).
Bluetooth® op het apparaat is ingeschakeld (zie de handleiding van de fabrikant).
Het apparaat is "zichtbaar" voor andere apparaten.
Bluetooth® op het multimediasysteem is ingeschakeld meer
De eerste activering van Android Auto via het multimediasysteem moet om veiligheidsredenen worden uitgevoerd wanneer de auto stilstaat en de parkeerrem is bediend.
De Android Auto-functie (draadloos) is niet in alle landen beschikbaar.
Afhankelijk van de apparaatconfiguratie kan na het verbinden van de mobiele telefoon via Bluetooth® de vraag op het centraal display verschijnen, of Android Auto moet worden gestart. In dat geval moet de vraag, indien gewenst, met Ja worden beantwoord.
Nadat de applicatie voor de eerste keer is verbonden, verschijnt een melding met betrekking tot de gegevensbeveiligingsbepalingen.
Het is op elk gewenst moment mogelijk om in de apparatenlijst om te schakelen tussen een verbinding via Bluetooth® of Android Auto (draadloos).
Wanneer u reeds een mobiele telefoon via Bluetooth® verbonden hebt, kunt u voor het gebruik van Android Auto via de apparatenmanager een extra mobiele telefoon via Bluetooth® verbinden.
Indien Android Auto vóór de laatste loskoppeling niet op de voorgrond werd weergegeven, start de applicatie weer op de achtergrond als opnieuw verbinding wordt gemaakt. U kunt Android Auto via het Android Auto-symbool in de statusregel oproepen.