Het controlelampje knippert en de melding Wachten a.u.b… Brandstoftank wordt ontlucht verschijnt op bestuurdersdisplay.
Het controlelampje brandt permanent wanneer de brandstoftank ontlucht is.
De melding Brandstoftank is ontlucht Gereed om te tanken verschijnt op het instrumentendisplay en de tankdopklep opent automatisch.
Het ontluchten van de brandstoftank kan onder bepaalde omstandigheden meerdere minuten duren.
De brandstoftank kan alleen worden ontlucht wanneer aan de hiervoor genoemde voorwaarden wordt voldaan. Anders ten minste 0,5 km met de auto rijden en het proces herhalen.
Het controlelampje knippert eerst en dooft vervolgens.
Het gele waarschuwingslampje motordiagnose brandt.
Wanneer geprobeerd wordt een niet ontgrendelde tankdopklep te openen, kan de tankdopklep of het openingsmechanisme beschadigd worden.
Via de volgende link kunt u een animatie over dit onderwerp bekijken: