Um die Webseite optimal gestalten und Ihnen an Ihre Interessen angepasste, nutzungsbasierte Informationen zukommen lassen zu können, verwendet Daimler Cookies. Mit der Nutzung der Webseite stimmen Sie der Verwendung von Cookies zu. > Weitere Informationen erhalten Sie in den Cookie-Hinweisen.

Aannemen
  • S-Klasse
  • Limousine Lang
  • 03/2021
app store google play
X

Printen
Aanwijzingen met betrekking tot het opladen van de hoogspanningsaccu aan de netcontactdoos (mode 2)
GEVAAR Levensgevaar door ondeskundig gemonteerde onderdelen

Als u ondeskundig geïnstalleerde onderdelen gebruikt om de laadkabel een netcontactdoos aan te sluiten, kan dit bijvoorbeeld leiden tot brand of een stroomstoot.

De laadkabel alleen op een netcontactdoos aansluiten, die:
  • volgens voorschriften geïnstalleerd is en

  • door een elektrotechnicus is gecontroleerd.

Om op te laden aan de contactdoos voor huishoudelijk gebruik de bij het voertuig geleverde kabel gebruiken. Wanneer een andere kabel wordt gebruikt, erop letten dat de kabel voldoet aan DIN IEC 62752 en een maximale laadstroom van 8 A kan leveren.
Geen beschadigde laadkabel gebruiken.
Niet gebruiken:
  • Verlengsnoeren

  • Kabelhaspels

  • Stekkerdozen

Geen stekkerdoosadapter gebruiken om de laadkabel op de netcontactdoos aan te sluiten. De enige uitzondering is wanneer de adapter door de fabrikant is getest en goedgekeurd voor het opladen van de hoogspanningsaccu van een elektrovoertuig.
Beslist de veiligheidsaanwijzingen in de handleiding van de stekkerdoosadapter in acht nemen.
Alleen de volgende laadkabels mogen worden gebruikt:
  • De bij de auto gevoegde laadkabel

  • Een voor de auto goedgekeurde laadkabel

Het opladen kan afhankelijk van de stroomvoorziening verschillend zijn.

Kortere oplaadtijden kunnen op de volgende manieren worden bereikt:
  • bij het opladen aan een wallbox

  • bij het opladen bij een laadstation

Daartoe de aanwijzingen ter plekke in acht nemen.

Het bedieningselement van de laadkabel niet vrij aan een netcontactdoos laten hangen.

Het bedieningselement mag niet aan de volgende onderdelen worden opgetild:
  • aan de laadkabelstekker

  • aan de voedingsstekker

Bescherm het bedieningselement van de laadkabel bij het opladen tegen overmatige opwarming, bijvoorbeeld door invallend zonlicht. Anders kan het opladen worden afgebroken.

De laadkabel kan in het meegeleverde foedraal in de bagageruimte van de auto worden opgeborgen en vastgezet.