Wanneer sneeuwkettingen op de voorwielen worden gemonteerd, kunnen de sneeuwkettingen in contact komen met de carrosserie of met onderdelen van het onderstel.
Wanneer bij auto's met 4MATIC sneeuwkettingen op de voorwielen worden gemonteerd, kunnen ze onderdelen van de carrosserie of het onderstel beschadigen.
Sneeuwkettingen zijn slechts voor bepaalde velg-bandcombinatie toegestaan. Informatie hierover is verkrijgbaar bij een Mercedes-Benz-servicewerkplaats.
Om veiligheidsredenen alleen de voor Mercedes-Benz goedgekeurde sneeuwkettingen of sneeuwkettingen met dezelfde kwaliteitsstandaard gebruiken.
De montagehandleiding van de fabrikant van de sneeuwkettingen opvolgen.
De toegestane maximumsnelheid met gemonteerde sneeuwkettingen is 50 km/h.
Auto's met actieve parkeerassistent: Met gemonteerde sneeuwkettingen niet de actieve parkeerassistent gebruiken.
Auto's met niveauregeling: Met gemonteerde sneeuwkettingen alleen met hogere voertuighoogte rijden. meer
Auto's met gestuurde achteras: Met gemonteerde sneeuwkettingen alleen met geactiveerde sneeuwkettingmodus rijden meer.
Het ESP® kan voor het wegrijden worden uitgeschakeld meer. Zo kunnen de wielen doordraaien en een hogere aandrijfkracht opwekken.