Um die Webseite optimal gestalten und Ihnen an Ihre Interessen angepasste, nutzungsbasierte Informationen zukommen lassen zu können, verwendet Daimler Cookies. Mit der Nutzung der Webseite stimmen Sie der Verwendung von Cookies zu. > Weitere Informationen erhalten Sie in den Cookie-Hinweisen.

Aannemen
  • S-Klasse
  • Limousine Maybach
  • 03/2022
app store google play
X

Printen
230V-aansluiting achterin gebruiken
GEVAAR Levensgevaar door beschadiging van aansluitkabel of contactdoos

Wanneer de aansluitkabel of de 230V‑aansluiting uit de bekleding is getrokken, beschadigd of nat is, kunt u een stroomstoot krijgen.

Alleen een droge en onbeschadigde aansluitkabel gebruiken.
Wanneer de auto is uitgeschakeld controleren of de 230V‑aansluiting droog is.
Een uit de bekleding getrokken of beschadigde 230V‑aansluiting direct laten controleren of vervangen bij een gekwalificeerde werkplaats.
De aansluitkabel nooit in een uit de bekleding getrokken of beschadigde 230V‑aansluiting steken.
GEVAAR Levensgevaar door niet deskundig werken met de contactdoos
U kunt met name een stroomstoot krijgen:
  • Wanneer in de contactdoos wordt gegrepen.

  • Wanneer ongeschikte apparaten of voorwerpen in de contactdoos worden gestoken.

Niet de binnenkant van de contactdoos aanraken.
Alleen geschikte apparaten op de contactdoos aansluiten.
Voorwaarden
  • Er zijn alleen apparaten met een passende stekker, die voldoet aan de betreffende landspecifieke normen, aangesloten.

  • Er worden geen stekkerdozen gebruikt.

Er kunnen slechts apparaten tot maximaal 150 W (0,65  A) worden aangesloten.

Auto's met elektrisch instelbare buitenste zitplaatsen achterin
Auto's met afzonderlijke zitplaatsen achterin
Auto's met elektrisch instelbare buitenste zitplaatsen: Het elektronicavak in de middenconsole achterin openen.
Auto's met afzonderlijke zitplaatsen achterin: Het opbergvak in de middenconsole achterin openen.
De contactdoosklep openen.
De stekker van het apparaat in de 230 V‑aansluiting steken.

Als de boordnetspanning voldoende is gaat het controlelampje branden.

Wanneer de 230 V‑contactdoos niet wordt gebruikt, de contactdoosklep gesloten houden.