Het opladen gebeurt met een hoge spanning.
Als de laadkabel, de voertuigstekkerdoos of de netcontactdoos beschadigd is, kunt u een stroomstoot krijgen.
De laadkabel en de laadkabelstekker kunnen tijdens het opladen binnen de toegestane grenswaarden warm worden.
De stroomvoorziening van het stroomnet en de laadkabel zijn intact.
De aanwijzingen met betrekking tot het gebruik van de laadkabel en het bedieningselement op de laadkabel zijn in acht genomen.
De transmissie staat in de stand
.
De auto is ontgrendeld of de afstand van de sleutel tot de auto is niet groter dan 1 m.
Het aandrijfsysteem is niet gestart.
De laadkabel staat niet onder trekspanning.
Afhankelijk van de exportuitvoering is de auto uitgerust met een van de volgende voertuigstekkerdozen.
![](../../assets/images/8cc04d9ba2f83db2ac190d2b5787bb99_1_-----.jpg)
![](../../assets/images/5f6b9b2fa2f83f0aac190d2b5787bb99_1_-----.jpg)
![](../../assets/images/423969810b52a683354ae36531593424_1_-----.png)
Het controlelampje en de statusindicatie
branden wit.
Wanneer het aandrijfsysteem is gestart (weergave op het multifunctioneel display brandt), kan de contactdoosklep
niet worden geopend.
![](../../assets/images/cf4dcd5f0b52b3f0354ae36531593424_1_-----.png)
![](../../assets/images/00f6fb490b52b046354ae36531593424_1_-----.png)
Voor de CCS-laadkabelstekker zijn de aansluitingen en
nodig. Daarom beide delen van het contactdoosdeksel openen
.
Erop letten dat de aangesloten laadkabel niet op trekspanning wordt belast.
Het controlelampje en de statusindicatie
knipperen oranje en, zodra de hoogspanningsaccu wordt opgeladen, groen.
Wanneer de laadkabel op de auto is aangesloten, kan het aandrijfsysteem niet worden gestart en kan niet met de auto worden gereden.
Bij het begin van het opladen wordt in het combi-instrument de laadtoestandweergave met een laadprognose weergegeven. De oplaadprognose is de verwachte laadtoestand op de ingestelde vertrektijd of het tijdstip waarop de hoogspanningsaccu volledig is opgeladen.
Wanneer het contact ingeschakeld is, verschijnt tijdens het opladen een flits-symbool naast de laadtoestandweergave in het combi-instrument.
Tijdens het opladen kunnen, afhankelijk van de temperatuur, de ventilator en het accukoelsysteem hoorbaar inschakelen.
Als de auto gedurende langere standtijden op het stroomnet is aangesloten, wordt de hoogspanningsaccu automatisch opgeladen wanneer dat nodig is of wanneer elektrische verbruikers (bijvoorbeeld de klimaatregeling vooraf) worden geactiveerd.