Het bandenspanningswaarschuwingssysteem waarschuwt bij een duidelijk bandenspanningsverlies door displaymeldingen.
Als de bandenspanning is gewijzigd, een wiel is vervangen of de banden zijn gewisseld, of als nieuwe velgen of banden zijn gemonteerd, moet het bandenspanningswaarschuwingssysteem opnieuw worden gestart meer.
Het bandenspanningswaarschuwingssysteem vervangt niet de regelmatige controle van de bandenspanning.
Als de bandenspanning verkeerd is ingesteld
Bij een plotseling drukverlies, bijvoorbeeld veroorzaakt door een binnengedrongen voorwerp
Bij een gelijkmatig drukverlies bij meerdere banden.
Bij een slechte staat van de ondergrond, bijvoorbeeld sneeuw of grind.
Als met sneeuwkettingen wordt gereden.
Bij een zeer sportieve rijstijl met hoge bochtsnelheden of sterke acceleraties.
Als wordt gereden met een zeer zware of een zeer grote aanhangwagen.
Als wordt gereden met zware belading.