Probleem | Mogelijke oorzaken/gevolgen enOplossingen |
---|---|
De temperatuur van het aandrijfsysteem ligt buiten het normale bedrijfstemperatuurgebied, bijvoorbeeld vanwege extreem lage of hoge buitentemperaturen. Het vermogen van het aandrijfsysteem is gereduceerd. Het gele waarschuwingslampje vermogen gereduceerd brandt. Wanneer de bedrijfstemperatuur van het aandrijfsysteem is genormaliseerd (bijvoorbeeld na een korte rit), is het volledige aandrijfvermogen weer beschikbaar. De displaymelding verdwijnt en het gele waarschuwingslampje vermogen gereduceerd dooft. Voorzichtig verder rijden. De hoogspanningsaccu is niet voldoende opgeladen. Het vermogen van het aandrijfsysteem is gereduceerd. Het gele waarschuwingslampje vermogen gereduceerd brandt. Voorzichtig verder rijden. De hoogspanningsaccu direct opladen. Wanneer het vermogen van het aandrijfsysteem daarna nog steeds gereduceerd is, is er een storing in het aandrijfsysteem aanwezig. Voorzichtig verder rijden. Naar een gekwalificeerde werkplaats gaan. |
Displaymelding