Wanneer een voertuig met luchtvering wordt geparkeerd kan de luchtvering tot een uur later geactiveerd blijven, ook als het contact is uitgeschakeld. Indien wordt geprobeerd het voertuig met de krik op te krikken, probeert de luchtvering het voertuigniveau te compenseren.
De krik kan omvallen.
Dit voorkomt het automatisch naregelen van het voertuigniveau en het handmatig omhoog- of omlaagbrengen.
Als de krik niet correct bij de betreffende kriksteunpunten wordt geplaatst, kan de krik kantelen als de auto omhoog is gebracht.
Op hellingen kan de krik kantelen als het voertuig is opgekrikt.
Wanneer u de krik niet op de daarvoor bedoelde kriksteunpunten aanbrengt, kunt u uw auto beschadigen.
Er bevinden zich geen personen in het voertuig.
Het voertuig is voorbereid voor het verwisselen van een wiel meer.
De krik alleen onder de hiervoor bestemde kriksteunpunten aanbrengen. Anders kan het voertuig worden beschadigd.
Alleen de voertuigspecifieke, door Mercedes-Benz gecontroleerde en goedgekeurde krik gebruiken voor het opkrikken van het voertuig. Bij ondeskundig gebruik van de krik kan de krik kantelen als het voertuig is opgekrikt.
De krik is uitsluitend geschikt voor het kortstondig opkrikken van het voertuig en niet voor onderhoudswerkzaamheden onder het voertuig.
Het verwisselen van een wiel op hellingen vermijden.
De ondergrond waar de krik op rust moet stevig, vlak en stroef zijn. Indien nodig een grote, vlakke, stevige en stroeve ondergrond gebruiken.
De voet van de krik moet zich loodrecht onder het kriksteunpunt bevinden.
Nooit handen of voeten onder het voertuig houden.
Nooit onder het voertuig gaan liggen.
Het voertuig niet starten en de parkeerrem niet vrijzetten.
Geen deuren openen of sluiten.
Alleen de middelste stang en de stang met de grootste diameter van de pomphefboom voor de krik als wielsleutelverlengstuk gebruiken. Alleen de middelste stang volledig tot de aanslag op de wielsleutel aanbrengen. De stangen kunnen anders verbuigen en zodanig vervormen dat ze niet meer als pomphefboom voor de krik kunnen worden gebruikt.
De aftapplug nooit meer dan een tot twee omwentelingen opendraaien. Anders kan hydraulische vloeistof naar buiten komen.