Um die Webseite optimal gestalten und Ihnen an Ihre Interessen angepasste, nutzungsbasierte Informationen zukommen lassen zu können, verwendet Daimler Cookies. Mit der Nutzung der Webseite stimmen Sie der Verwendung von Cookies zu. > Weitere Informationen erhalten Sie in den Cookie-Hinweisen.

Aannemen
  • Sprinter
  • Bestelwagen
  • 06/2019
app store google play
X

Printen
Voertuig in het noodprogramma starten
WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen‑ en letsel als kinderen zonder toezicht in de auto worden achtergelaten
Wanneer kinderen zonder toezicht in de auto achterblijven, kunnen deze:
  • Portieren openen en daardoor andere personen of verkeersdeelnemers in gevaar brengen.

  • Uitstappen en door het verkeer worden gegrepen.

  • Uitrustingen van de auto bedienen en bijvoorbeeld bekneld raken.

Bovendien kunnen de kinderen de auto in beweging zetten, door bijvoorbeeld:
  • De parkeerrem vrij te zetten.

  • De automatische transmissie uit de parkeerstand te schakelen of de handgeschakelde versnellingsbak in de neutraalstand te zetten.

  • De motor te starten.

Bij het verlaten van de auto altijd de sleutel meenemen en de auto vergrendelen.
Kinderen en dieren nooit zonder toezicht in de auto achterlaten.
De sleutel buiten bereik van kinderen bewaren.
GEVAAR Levensgevaar door uitlaatgassen

Verbrandingsmotoren stoten giftige uitlaatgassen, bijvoorbeeld  koolmonoxide, uit. Het inademen van deze uitlaatgassen is schadelijk voor de gezondheid en leidt tot vergiftiging.

De motor nooit in een gesloten ruimte zonder voldoende ventilatie laten draaien.
WAARSCHUWING Brandgevaar door brandbaar materiaal tegen het uitlaatsysteem

Door milieu-invloeden of dieren aangebracht brandbaar materiaal kan door hete onderdelen van de motor of het uitlaatsysteem ontsteken.

Daarom regelmatig controleren dat zich geen brandbaar materiaal in de motorruimte of tegen het uitlaatsysteem bevindt.

Als het voertuig nog steeds niet start en op het multifunctioneel display de displaymelding Sleutel in aangegeven bergplaats leggen zie handleiding verschijnt, kan het voertuig in het noodprogramma worden gestart.

De sleutel van de sleutelbos verwijderen.
De sleutel in de aansluitplaats steken.

Het voertuig wordt na korte tijd gestart.

De sleutel tijdens de gehele rit in de aansluitplaats laten.
Als u de sleutel uit de aansluitplaats neemt, blijft de motor draaien.
De sleutel bij een gekwalificeerde werkplaats laten controleren.
Als het voertuig niet start:
De sleutel in de aansluitplaats laten.
Voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak:
Het koppelingspedaal indrukken.
Voertuigen met automatische transmissie:
Het rempedaal indrukken.
Het voertuig met de start-stoptoets starten.

Met de start-stoptoets kan ook de spanningsvoorziening of het contact worden ingeschakeld.