Het voertuig is ingeschakeld.
De geadviseerde bandenspanning is bij alle vier de banden correct ingesteld voor de betreffende bedrijfstoestand meer.
of 
Service selecteren. 
of 
Bandenspanning selecteren. 
bevestigen. Het display toont de actuele bandenspanning van de afzonderlijke wielen of de melding Bandenspanningsindicatie verschijnt na enkele minuten rijden.
indrukken. Het display toont de melding Act. bandenspann. als nieuwe richtw. overnemen:.
indrukken. Het display toont de melding Bandensp.controle opnieuw gestart.
Na enkele minuten rijden controleert het systeem of de actuele bandenspanningswaarden binnen het geadviseerde gebied liggen. Vervolgens worden de nieuwe bandenspanningswaarden als referentiewaarden opgeslagen en bewaakt.
indrukken. De bij de laatste herstart opgeslagen bandenspanningswaarden worden verder bewaakt.
Het voertuig moet stilstaan. De toetsen in het combi-instrument gebruiken.
het menu Bandenspanning selecteren. 
bevestigen. Het display toont de melding Band. contr. actief.
bevestigen. Het display toont de melding Band.spanning OK?.
indrukken. Het display toont het menu Afstand.
Na enkele minuten rijden controleert het systeem of de actuele bandenspanningswaarden binnen het geadviseerde gebied liggen. Vervolgens worden de nieuwe bandenspanningswaarden als referentiewaarden opgeslagen en bewaakt.
indrukken. Het display toont het menu Bandenspanning.
De bij de laatste herstart opgeslagen bandenspanningswaarden worden verder bewaakt.