Mercedes-Benz adviseert om het voertuig bij pech te transporteren in plaats van te slepen.
Gebruik voor het slepen met beide assen op de grond een sleepkabel of een sleepstang.
Wanneer u bemerkt dat het voertuig koelvloeistof heeft verloren, is slepen niet toegestaan. Het voertuig laten transporteren.
De auto is uitgeschakeld.
Het remsysteem of de stuurbekrachtiging vertoont een storing.
De energievoorziening of het boordnet vertoont een storing.
Wanneer uw auto wordt gesleept, kan voor het sturen en remmen aanzienlijk meer kracht nodig zijn.
Wanneer het motorkoelsysteem beschadigd is, kan door het slepen de aandrijflijn worden beschadigd.
Het achteruit slepen van het voertuig is niet toegestaan, omdat daardoor de aandrijflijn kan worden beschadigd .
Wanneer de actieve afstandsassistent of de HOLD-functie ingeschakeld is, remt het voertuig in bepaalde situaties automatisch.
Om schade aan het voertuig te vermijden, deze systemen in de volgende of vergelijkbare situaties uitschakelen:
Wanneer bij uitgevallen aandrijfsysteem het voertuig achteruit bewogen wordt, bijvoorbeeld door te duwen of manoeuvreren, kan het aandrijfsysteem beschadigd worden.
Beide assen op de grond | Vooras opgetild |
---|---|
Ja, maximaal 40 km met 40 km/h | Ja, maximaal 50 km met 50 km/h |
Wanneer de transmissie niet in de stand kan worden gezet, het voertuig vervoeren meer. Voor het transport van het voertuig is een sleepwagen met hefinrichting nodig.
Wanneer het motorkoelsysteem beschadigd is, mag het voertuig alleen worden verplaatst wanneer de aangedreven as is opgetild.