Um die Webseite optimal gestalten und Ihnen an Ihre Interessen angepasste, nutzungsbasierte Informationen zukommen lassen zu können, verwendet Daimler Cookies. Mit der Nutzung der Webseite stimmen Sie der Verwendung von Cookies zu. > Weitere Informationen erhalten Sie in den Cookie-Hinweisen.

Aannemen
  • eVito
  • 10/2021
app store google play
X

Printen
Klimaatregelsysteem in- of uitschakelen
Verwarming of airconditioning TEMPMATIC voorin

Wanneer de klimaatregeling wordt uitgeschakeld, zijn de luchttoevoer en -circulatie uitgeschakeld. Deze instelling slechts kortstondig selecteren. Anders kunnen de ruiten beslaan.

Het voertuig inschakelen.
Inschakelen:
De aanjagerschakelaar in de stand of hoger draaien.
Uitschakelen:
De aanjagerschakelaar in de stand draaien.
Automatische airconditioning THERMOTRONIC voorin
Het voertuig inschakelen.
Inschakelen:
De toets indrukken.

Het controlelampje in de toets brandt. De klimaatregeling wordt afhankelijk van de ingestelde temperatuur automatisch geregeld.

of
De toets indrukken en een aanjagerstand instellen.

De aanjagerstanden worden als staafdiagram op het display weergegeven.

Uitschakelen:
De toets indrukken en na het bereiken van de laagste aanjagerstand nogmaals indrukken.

Het display van de bedieningseenheid dooft.

Airconditioning TEMPMATIC achterin
De klimaatregeling van de airconditioning TEMPMATIC inschakelen.
Inschakelen:
De toets van de bedieningseenheid van de airconditioning indrukken.

Wanneer de klimaatregeling achterin ingeschakeld is, gaat het controlelampje in de toets branden. De instellingen voor temperatuur, luchthoeveelheid en bij een airconditioning achterin ook de instelling van de luchtverdeling worden voor de klimaatregeling achterin overgenomen.

Automatische airconditioning THERMOTRONIC achterin
De klimaatregeling van de automatische airconditioning THERMOTRONIC inschakelen.

Inschakelen:

De toets in de bedieningseenheid van de automatische airconditioning indrukken.

Het controlelampje in de toets knippert. Het display van de bedieningseenheid toont het 2e menuniveau voor de temperatuur- en luchthoeveelheidsregeling voor de airconditioning achterin.

De toets indrukken en een aanjagerstand voor de klimaatregeling achterin instellen.

De aanjagerstanden worden als staafdiagram op het display weergegeven. De airconditioning achterin is ingeschakeld.

Eventueel met de temperatuurregelaar de temperatuur voor de klimaatregeling achterin instellen.

Het display toont de waarde voor de ingestelde temperatuur achterin.

Wanneer circa tien seconden geen verdere instelling wordt doorgevoerd, toont het display van de bedieningseenheid opnieuw het 1e menuniveau voor de instellingen van de automatische airconditioning. Het controlelampje in de toets brandt continu.

De instelling van de luchtverdeling geldt zowel voor de automatische airconditioning als voor de airconditioning achterin en is hiervoor niet afzonderlijk instelbaar.

Uitschakelen:
De toets in de bedieningseenheid van de automatische airconditioning indrukken.

Het controlelampje in de toets knippert. Het display van de bedieningseenheid toont het 2e menuniveau voor de temperatuur- en luchthoeveelheidsregeling voor de airconditioning achterin.

De toets indrukken en na het bereiken van de laagste aanjagerstand opnieuw indrukken.

Het display van de bedieningseenheid dooft en de airconditioning achterin is uitgeschakeld.

Wanneer circa tien seconden geen verdere instelling wordt doorgevoerd, toont het display van de bedieningseenheid opnieuw het 1e menuniveau voor de instellingen van de automatische airconditioning. Het controlelampje in de toets dooft.

Bij het starten van het voertuig worden de laatst gekozen instellingen van de klimaatregeling automatisch overgenomen.

Voertuigen met klimaatregeling achterin: De status van de klimaatregeling achterin na het starten van het voertuigen is afhankelijk van de in het menu Instellingen, submenu eVito gekozen zone voor de klimaatregeling vooraf meer.