ESP® via de boordcomputer uit- of inschakelen
WAARSCHUWING Slipgevaar door uitgeschakeld ESP®
Als het ESP® wordt uitgeschakeld, zorgt het ESP® niet meer voor stabilisatie van de auto.
Het ESP® alleen uitschakelen, zolang de hieronder beschreven situaties zich voordoen.
In de volgende situaties kan het beter zijn om het ESP® uit te schakelen:
Bij gebruik van sneeuwkettingen
In diepe sneeuw
Op zand of grind
De doordraaiende wielen zorgen door freeswerking voor een betere tractie.
De instelling via de boordcomputer is alleen bij voertuigen zonder de toets 
in de middenconsole beschikbaar.
De motor starten.
Met de toets 
de menulijst oproepen.
de menulijst oproepen. Met de toets 
of 
het menu Instellingen selecteren.
of het menu Instellingen selecteren. Met de toets 
bevestigen.
bevestigen. Met de toets of het submenu Assistentie selecteren.
of het submenu Assistentie selecteren. Met de toets bevestigen.
bevestigen. Met de toets of ESP selecteren.
of ESP selecteren. De actuele status wordt weergegeven.
Instelling wijzigen:
Opnieuw de toets indrukken. Als het ESP® uitgeschakeld is, gaat het waarschuwingslampje in het combi-instrument branden.
De informatie over de waarschuwingslampjes en over de displaymeldingen in acht nemen.