Werking van het ECO start-stopsysteem
WAARSCHUWING Gevaar voor ongevallen en letsel door automatisch starten van de motor
Als de motor automatisch wordt afgezet en u vervolgens uitstapt, wordt deze automatisch weer gestart. Het voertuig kan wegrijden.
Voor het verlaten van het voertuig altijd het contact uitschakelen en het voertuig tegen wegrollen beveiligen.
Als het ECO start-stopsysteem klaar voor gebruik is en aan alle voorwaarden voor het voertuig is voldaan, wordt de motor na het afremmen van het voertuig tot stilstand automatisch afgezet. Alle functies van het voertuig blijven verder actief. Bij het weer wegrijden start de motor automatisch. Op deze manier helpt het ECO start-stopsysteem u het brandstofverbruik van uw voertuig te reduceren. Het ECO start-stopsysteem is automatisch ingeschakeld als de motor opnieuw met de sleutel wordt gestart. U kunt het ECO start-stopsysteem indien nodig handmatig uit- of inschakelen meer.
Weergaven van het ECO start-stopsysteem in het combi-instrument:
: Het ECO start-stopsysteem is klaar voor gebruik. 
: Er is niet aan alle voorwaarden voor een motorstop voldaan.
Afhankelijk van de motor verschijnt het symbool pas tijdens de automatische motorstop of tijdens het rijden.
Wanneer aan de volgende voorwaarden is voldaan, wordt de motor automatisch afgezet:
Voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak: Er wordt afgeremd, bij lage snelheid wordt de neutraalstand
ingeschakeld en vervolgens wordt het koppelingspedaal losgelaten. Voertuigen met automatische transmissie: Het voertuig wordt in de transmissiestand
of gestopt. Er is aan alle voorwaarden met betrekking tot het voertuig voor de automatische motorstop voldaan.
Als het voertuig stilstaat verschijnt op het multifunctioneel display het symbool . Als niet aan alle voorwaarden met betrekking tot het voertuig is voldaan, verschijnt op het multifunctioneel display het symbool .
De motor wordt in de volgende gevallen weer automatisch gestart:
Voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak: Het koppelingspedaal wordt ingedrukt.
Voertuigen met handgeschakelde versnellingsbak: De achteruitversnelling
wordt ingeschakeld. Voertuigen met automatische transmissie: In de transmissiestand
wordt bij niet actieve HOLD-functie het rempedaal losgelaten. Voertuigen met automatische transmissie: De transmissiestand
wordt verlaten. Voertuigen met automatische transmissie: De transmissiestand
of wordt ingeschakeld. Het gaspedaal wordt ingedrukt.
Er moet een automatische motorstart bij het voertuig worden uitgevoerd.
Als de motor door het ECO start-stopsysteem is afgezet en het voertuig wordt verlaten, klinkt een waarschuwingssignaal. Bovendien verschijnt op het multifunctioneel display de melding Voertuig is gereed Voor verlaten contact uitschakelen. Als het contact niet is uitgeschakeld, wordt dit na een minuut automatisch uitgeschakeld.