Um die Webseite optimal gestalten und Ihnen an Ihre Interessen angepasste, nutzungsbasierte Informationen zukommen lassen zu können, verwendet Daimler Cookies. Mit der Nutzung der Webseite stimmen Sie der Verwendung von Cookies zu. > Weitere Informationen erhalten Sie in den Cookie-Hinweisen.

Aannemen
  • smart fortwo
  • EQ fortwo
  • 10/2019
app store google play -->
X

Printen
Bestemmingen invoeren en beheren
Bestemming via het adres invoeren
Bij de eerste keer gebruiken het land invoeren.
Navigatie > Rijd naar… > Adres selecteren.
Indien gewenst het land via het vlagsymbool wijzigen.
De stad of de postcode invoeren.
Een bestemming uit de lijst selecteren.
De straat selecteren.
Het huisnummer selecteren.
Met OK bevestigen.
Parkeerplek in de buurt van de bestemming zoeken

Deze functie kan tijdens de bestemmingsinvoer worden opgeroepen.

> Parkeerplek in de buurt selecteren.

Een lijst met parkeerplekken in de omgeving van de actuele bestemming verschijnt.

Informatie over de bestemming weergeven

Deze functie kan tijdens de bestemmingsinvoer worden opgeroepen.

> Info weergeven selecteren.
Bestemming via de kaart invoeren

Als bestemming kan een positie op de kaart worden geselecteerd.

Navigatie > Rijd naar… > Locatie op de kaart selecteren.
De kaart naar de bestemming richten.
Op de plaats van de bestemming het display aantippen.

Het aangetipte symbool wordt blauw gemarkeerd.

Het symbool aantippen om te bevestigen.
Bestemming via het spraakgestuurd bedieningssysteem invoeren
De toets op het multifunctioneel stuurwiel indrukken.

Er klinkt een signaal.

De gesproken opdracht "Adres invoeren" uitspreken.
Nadat het spraakgestuurd bedieningssysteem hierom vraagt, de bestemming met straatnaam, huisnummer en plaats spreken.
De gesproken opdracht "Ja" of, als meerdere mogelijke bestemmingen worden weergegeven, het nummer spreken.
Bestemming uit laatste bestemmingen selecteren
Navigatie > Rijd naar... > Recente bestemmingen selecteren.
De bestemming selecteren.
Bestemming via coördinaten invoeren
Navigatie > Rijd naar... > Lengte- en breedtegraad selecteren.
De lengte- en breedtegraad invoeren.
Thuislocatie opslaan
Navigatie > Instellingen > Stel thuislocatie in selecteren.
Het thuisadres invoeren.
Thuislocatie als bestemming invoeren
Navigatie > Rijd naar... > Thuis selecteren.
Bestemming uit opgeslagen plaatsen selecteren

Voor deze functie moet ten minste een bestemming zijn opgeslagen.

Navigatie > Rijd naar... > Opgeslagen locaties selecteren.
De bestemming selecteren.
Opgeslagen plaatsen beheren
Navigatie > Instellingen > Beheer opgeslagen locaties selecteren.
Laadstation als bestemming invoeren
Navigatie > Rijd naar... > Oplaadpunten selecteren.
De volgende zoekinstellingen voor laadstations kunnen worden geselecteerd:
  • Dicht bij mijn locatie

  • Op de route

  • Dicht bij bestemming

  • Dicht bij huis

  • In een plaats

De omgeving voor het zoeken naar een laadstation selecteren.

Een lijst met overeenkomstige laadstations verschijnt. Er wordt automatisch gecontroleerd of een laadstation vrij is. De controle kan meerdere minuten duren. Als de controle is afgesloten, verschijnt een melding. Wanneer een laadstation vrij is, krijgt dit een groene markering. Als geen laadstation vrij is, of als er geen informatie beschikbaar is, krijgt het laadstation een grijze markering. Laadstations uit de kaartgegevens, die niet kunnen worden gecontroleerd, krijgen geen markering. Er worden maximaal 24 laadstations gecontroleerd.

Vijf minuten na de controle wisselt de markering automatisch van groen naar grijs.

Het laadstation selecteren.
Speciale bestemmingen invoeren

Speciale bestemmingen zoals musea, restaurants of parkeerplekken in de buurt van een plaats worden op de kaart getoond.

Navigatie > Rijd naar... > Nuttige plaats selecteren.
De volgende instellingen voor speciale bestemmingen voor het selecteren van omgevingen kunnen worden geselecteerd:
  • Dicht bij mijn locatie

  • Op de route

  • Dicht bij bestemming

  • Dicht bij huis

  • In een plaats

De omgeving voor het zoeken naar de speciale bestemming selecteren.
De volgende categorie-instellingen voor speciale bestemmingen kunnen worden geselecteerd:
  • een selectie van categorieën voor speciale bestemmingen, bijvoorbeeld laadstation of restaurant

  • het zoeken naar de naam van een speciale bestemmingen

  • het zoeken van speciale bestemmingen in een categorie

De categorie voor het zoeken selecteren.
De speciale bestemming selecteren.

Als de categorie laadstation geselecteerd is, worden alleen de laadstations uit de kaartgegevens doorzocht.

Speciale bestemmingen beheren

Speciale-bestemmingencategorie toevoegen

Navigatie > Instellingen > Beheer NP's > NP-categorie toevoegen selecteren.
De naam en het symbool van de nieuwe speciale-bestemmingencategorie invoeren.

Speciale-bestemmingencategorie wissen

Navigatie > Instellingen > Beheer NP's > NP-categorie wissen selecteren.
De te wissen speciale-bestemmingencategorie selecteren.

Speciale bestemmingen toevoegen

Navigatie > Instellingen > Beheer NP's > NP toevoegen selecteren.

Wanneer nog geen eigen speciale-bestemmingencategorie is gedefinieerd, verschijnt er een verzoek om een speciale-bestemmingencategorie in te voeren.

De speciale-bestemmingencategorie selecteren voor de speciale bestemming.
De eigen speciale bestemming invoeren.

Speciale bestemmingen laten weergeven op de kaart

Met deze functie kunnen gepersonaliseerde speciale bestemmingen worden getoond op de kaart.

Navigatie > Instellingen > Toon NP op kaart selecteren.

Speciale bestemmingen wissen

Navigatie > Instellingen > Beheer NP's > NP wissen selecteren.
De speciale-bestemmingencategorie selecteren.
De te wissen speciale bestemming selecteren.

Speciale bestemming bewerken

Navigatie > Instellingen > Beheer NP's > NP bewerken selecteren.
De speciale-bestemmingencategorie selecteren.
De eigenschappen van de speciale bestemming aanpassen.

Naar een speciale bestemming in de buurt laten verwijzen

Navigatie > Instellingen > Beheer NP's > Waarschuwing nabij NP selecteren.
De speciale-bestemmingencategorie selecteren.
Instellen vanaf welke afstand de aanwijzing moet verschijnen.
De eigenschappen van de aanwijzing instellen.
Bestemming invoeren via de TomTom-LIVE-Service "TomTom Places"

Met de functie "TomTom Places" zijn speciale bestemmingen uit de online databank van "TomTom Places" beschikbaar.

Navigatie > Rijd naar... > TomTom Places selecteren.

Er verschijnt een lijst met zoekcriteria, waarmee naar een speciale bestemming kan worden gezocht.

Het zoekcriterium selecteren.
De zoekterm invoeren.

Als er veel zoekresultaten zijn, kunnen nog 20 zoekresultaten worden gedownload.

Werking van de voertuigstekkerdoos
Overzicht voertuigstekkerdoos
GEVAAR Levensgevaar bij het opladen met een beschadigde contactdoos

Het opladen gebeurt met een hoge spanning. Als de laadkabel, de voertuigstekkerdoos of de netcontactdoos beschadigd is, kunt u een stroomstoot krijgen.

Alleen een onbeschadigde laadkabel gebruiken.
Mechanische beschadigingen bijvoorbeeld door platdrukken, knikken en er overheen rijden vermijden.
Een beschadigde voertuigstekkerdoos direct bij een gekwalificeerde werkplaats laten vervangen.
De laadkabel nooit in een beschadigde voertuigstekkerdoos steken.
Contactdoosklep
Contactdoosdeksel
Vergrendeling
Controlelampje
Voertuigstekkerdoos
Het controlelampje op de voertuigstekkerdoos heeft de volgende betekenis:

Controlelampje

Betekenis

Knippert langzaam groen

De hoogspanningsaccu wordt opgeladen.

Brandt groen

De hoogspanningsaccu is opgeladen.

Knippert langzaam oranje

De auto wacht op het beginnen van het opladen.

Brandt oranje

De auto bevindt zich in een laadpauze.

Knippert snel rood

Bij het laden is een storing opgetreden.

Aanwijzingen met betrekking tot laadstations
Laadstations zonder laadcommunicatie

Laadstations zonder laadcommunicatie moeten voor het opladen worden vrijgeschakeld, bijvoorbeeld met een RFID-kaart. Hiertoe de aanwijzingen van de exploitant van het laadstation in acht nemen.

Laadstations met laadcommunicatie (Plug&Charge)

De functie "Plug&Charge" is niet in alle landen beschikbaar.

Om "Plug&Charge" te kunnen gebruiken, is een overeenkomstig stroomcontract noodzakelijk. Daartoe contact opnemen met de exploitant van het laadstation.

Wanneer de auto aan een laadstation met laadcommunicatie wordt aangesloten, worden informatie en technische parameters uitgewisseld om het opladen zonder extra vrijschakeling te starten. Deze functie wordt "Plug&Charge" genoemd.

Door de gegevensuitwisseling kan het na het aansluiten van de laadkabel tot 30 seconden duren voordat het opladen begint.

Voor de communicatie tussen de auto en het intelligente laadstation wordt de internationale standaard ISO 15118 gebruikt.